Een stedenbouwkundige tantaluskwelling…..

De Kievitstraat in de almaar hippere wijk Belcrum in Breda. Op de foto zie je links een rijtje eengezinswoningen: die maken deel uit van het nieuwbouwcomplex Breda Vooruit (ontwikkelaar: Dura Vermeer) met vooral appartementen in het fonkelnieuwe Stationsgebied.

Eronder zit een parkeerkelder. Elke koper is verplicht geweest daar een parkeerplaats te kopen. De parkeernorm voor de nieuwbouw was, vanwege de nabijheid van veel openbaar vervoer, ingeschat op ongeveer 1.

Voor vergunningen om een eventuele tweede auto te parkeren in de aangrenzende buurt komen de kopers niet aanmerking. Die buurt staat al vol, zo is het algemeen gevoelen. In het bestemmingsplan voor deze nieuwbouw is, na ruggespraak met de wijk, dit beperkingsbeleid in 2011 vastgelegd. De tweede auto of die van bezoek kan, weliswaar betaald, op het stationsdak, vijfhonderd meter verderop.

Nu wonen er mensen. De overburen aan dezelfde straat hebben wel vergunningen en eventueel een (goedkope) bezoekers-parkeer-regeling. Zij niet.

Het schuurt…..

Dat schuurt. Dat wringt. Want niet iedere ‘nieuwkomer’ wist bij aankoop van zijn rijtjeshuis van dit regime, zo vertellen ze. Ontwikkelaar en makelaar, zo zeggen verschillende bewoners van dit rijtje, hebben dat niet verteld. Of niet duidelijk. Of te laat. En de onbereikbaarheid van een parkeervergunning voor de wijk geldt nu eenmaal niet als ontbindende voorwaarde voor de koop.

Dus je woont in een eengezinswoning aan een straatje in een wijk, met pal voor de deur aan jouw kant van de straat parkeerplaatsen, met overburen mét vergunningen die daar voor een paar euro per maand gebruik van mogen maken, maar jij niet. Je mag er overdag tot 20.00 uur betaald parkeren (zondag is gratis), voor € 1,40 per uur, maar maximaal drie uur. Zo worden langparkeerders geweerd.

Maakt de wijk ruimte?

Verschillende vragen rijzen hier, waarvan de meest pikante luidt: kan of wil de oorspronkelijke wijkbevolking toestaan dat er voor de nieuwe buren nog een handvol vergunningen (maximaal dertien huisnummers) voor een tweede auto en/of even zoveel bezoekersregelingen bijkomen? Er was toch afgesproken dat dit in de volle wijk niet zou gebeuren. En er komt in die stationszone van Breda nog van alles bij: een rechtbank (bijna klaar), een hotel, nog meer appartementen. Waar gaan de gebruikers van al die nieuwe gebouwen hun blik stallen?

Het huidige onderscheid in een en dezelfde straat leidt tot ingewikkelde taferelen. Al was het maar omdat er ook de bewoners van de appartementen zijn, die dan ook om vergunningen komen vragen. Help! Precendentwerking? Enig onderscheid is dan het adres: zij wonen aan de nieuwe Stationslaan.

Burengesprek

Daar kwamen de buren nog niet uit in het ‘burengesprek’ dat de wethouder begin deze maand op zijn Stadskantoor had georganiseerd en dat schrijver dezes mocht modereren. Het was een zeer ordentelijke confrontatie waaruit ook best over en weer begrip opsteeg. Er zijn ook alternatieven aangedragen die zich allen buiten de wijk afspelen en eentje erbinnen: meer parkeerplekken in de buurt aanleggen (maar dat gaat dan weer ten koste van groen en zo).

Een bestuurlijk zeer ingewikkeld verhaal voor een wethouder die moet laveren tussen ‘afspraak is afspraak’ en zijn begrip voor het onbegrip van een aantal gezinnen. Het is vooral een stedenbouwkundige tantaluskwelling voor de gezinnen aan de oneven zijde aan de Kievitstraat in Breda. Die leert dat ontwikkelaar en gemeente onvoldoende hebben doordacht hoe toekomstige bewoners deze toestand zouden ervaren. En al zouden ze van de parkeerbeperkingen hebben geweten, dan nog blijft er een lastig te verteren situatie.

Er was eens ……  een tekening die deze toestand vermeed, met parkeren aan beide zijden. Maar ja, dan waren er geen voortuintjes geweest. Daarvan zei de ontwikkelaar destijds: huizen met zo’n voortuintje verkopen beter.